Ventileren in woningen

Geplaatst: 18-02-2024

Goed isoleren betekent ook ventileren.
En misschien neemt de behoefte aan koeling ook wel toe.

Ventilatie in huis
Voor woningen is een goede ventilatie noodzakelijk, om condensvorming te voorkomen en een gezond en comfortabel binnenklimaat te verkrijgen en te behouden. Dus geen koude luchtstromen, een luchtvochtigheid tussen de 40 en 60% (te meten met een hygrometer), een gezonde luchtkwaliteit (< 1200 ppm CO2 in de verblijfsruimten) en geen klachten over het geluid bij mechanische ventilatiesystemen. Aanbevolen wordt om tenminste 25-30 m3 verse lucht per uur per persoon toe te voeren.

De lucht in huis kan vervuild raken door koolmonoxide, fijnstof en allergenen als pollen of huidschilfers van huisdieren.
Bij onvoldoenden ventilatie neemt luchtvochtigheid toe. In een gezin van vier personen wordt dagelijks al gauw gemiddeld 10 tot 12 liter waterdamp geproduceerd. Dit vocht komt vrij bij douchen, je handen wassen, ademen, koken, het schoonmaken en het laten drogen van de was.
Wanneer een woning niet goed wordt geventileerd, slaat de vochtige lucht als condens neer op koude ramen en muren.
De vochtproductie in de woning te verminderen door tijdens het koken de afzuigkap aan te zetten en na het douchen de badkamer droog te maken met een trekker.

Een slechte luchtkwaliteit kan leiden tot hoofdpijn en irritatie van de luchtwegen. Te droge lucht, bijvoorbeeld door een airconditioner, kan irritatie van huid en ogen veroorzaken.
Een vochtig klimaat is ideaal voor schimmels, bacteriën en huisstofmijt. Er kunnen daardoor schimmelplekken ontstaan in muren, plafonds en vloeren.

Vochtproblemen kunnen ook bouwkundige oorzaken hebben, te weten:
-  Optrekkend vocht vanuit de kruipruimte en fundering.
-  Koudebruggen, waarbij druppels ontstaan nadat warme lucht tegen een koude muur of vloer
   aankomt.
-  Lekkages.

Oudere woningen, gebouwd vóór de jaren zeventig hadden veelal natuurlijke ventilatie via kiep- en klepramen, roosters en kieren.
Bij deze woningen werd en wordt volstaan met het regelmatig luchten, door iedere dag minimaal een kwartier tot een half uur een raam of deur open te zetten bij droog weer.
Ventileren is goedkoper dan u denkt. Het duurt namelijk langer om vochtige binnenlucht te verwarmen dan koude lucht die van buiten komt.
Met ventilatieroosters boven de ramen stroomt de gehele dag frisse lucht naar binnen. Via afvoerpunten in keuken, badkamer en toilet gaat dan de ongezonde lucht het huis uit.

Bij regenachtig weer kan vochtige lucht naar binnen komen. ’s Winters stroomt de warme lucht naar buiten.
Sluit ’s zomers, als het te warm wordt, wel op tijd de ramen om te voorkomen dat warmte de woning in komt.

In de jaren tachtig werden nieuwbouw woningen steeds beter geïsoleerd. Hierdoor verdwenen gaten en kieren in deze woningen en werden mechanische ventilatiesystemen geïnstalleerd. Op een paar centrale punten werd en wordt afgezogen. De ventilatieroosters moeten hierbij zoveel mogelijk openstaan. Spleten onder deuren moeten daarbij zorgen voor een constante stroming van lucht in alle ruimtes.
Deze combinatie van natuurlijke en mechanische ventilatie bracht een nieuw probleem: in de winter werd warme lucht afgezogen en koude lucht aangezogen via roosters.

In de jaren negentig kwam de energiezuinige balansventilatie, eventueel met WTW om de Warmte uit de afgevoerde lucht Terug te Winnen en daarmee de frisse instromende buitenlucht op te warmen.
Bij balansventilatie kunnen nog steeds ramen en deuren worden opengezet. Zodra deze weer dicht zijn raakt het ventilatiesysteem weer in balans.

Worden oudere woningen alsnog geïsoleerd, dan nemen meestal de mogelijkheden tot de natuurlijke ventilatie af. Wanneer het vocht dat als huishouding wordt geproduceerd niet weg kan, dan ontstaat er een hogere luchtvochtigheid. Vochtige lucht heeft meer energie nodig om op te warmen. Je moet dan gaan ventileren. Dit kan door dagelijks een raam open te zetten. Het kan ook via roosters of een mechanisch ventilatiesysteem.

Warme lucht wil altijd naar de koude lucht. Dus in de winter naar buiten en in de zomer naar binnen.
Warme, vochtige lucht condenseert op koude oppervlaktes, ook in de zomer. Hierdoor kan houtrot aan ramen en kozijnen ontstaan.
Hoe kouder de woning is, des te groter de kans op condensatie.
Bij echt warme dagen kan de warmte moeilijker weg uit goed geïsoleerde woningen.

 

Vóór 2030 zouden tweeëneenhalf miljoen woningen verduurzaamd moeten zijn. Afhankelijk van de situaties zal er dan in meer- of mindere mate anders of aanvullend geventileerd moeten gaan worden.
Om oudere te isoleren woningen alsnog van een mechanische (balans)ventilatie te voorzien, is veelal ingrijpend vanwege de aanleg van kanalen naar afzuig- en inblaaspunten.
Op de VSK beurs 2022 en ook in 2024 een paar alternatieve oplossingen gezien.

1.  Zehnder Overflow Technology
     Voor bestaande gezinswoningen, met begane grond, eerste verdieping en een zolder, heeft
     Zehnder een eenvoudiger balansventilatiesysteem als oplossing. Hiervoor zijn alleen
     toevoerkanalen naar de eerste verdieping nodig. De wetten van de natuur doen de rest: die trekken
     de extra lucht, langs deurspleten en geopende deuren via de overloop, naar beneden. Daar is geen
     toevoer nodig. En de afvoerkanalen? Die zijn veelal al aanwezig.
     Klik op deze link voor de afbeelding

2.  De oplossingen van ClimaRad zorgen ervoor dat ventilatie rechtstreeks via de gevel plaatsvindt. 
     Hierdoor zijn complexe ventilatiekanalen overbodig. De ingebouwde sensoren van de ClimaRad
     WTW-toestellen meten automatisch op basis van CO2, luchtvochtigheid en binnen- en
     buitentemperatuur. Het systeem weet op die manier hoeveel frisse lucht er toegevoerd en verwarmd
     moet worden. Te combineren met een convector voor het verwarmen en koelen. Een decentraal
     systeem.
    Klik op deze link voor twee voorbeelden

 3.  Brink Climate Systems B.V.
     Heeft voor decentrale ventilatie de Air 70, een decentraal ventilatietoestel met warmte terugwinning
     (WTW). Het toestel in te bouwen in een buitenmuur. De toe- en afvoer van de ventilatielucht gaat
     rechtstreeks door de gevel, daarvoor is geen kanalensysteem nodig. Hiervoor nodig een opening
     van rond 25 cm. Deze units onder het plafond te plaatsen.
     Klik voor een afbeelding op deze link

Mogelijke voorkomende gebreken na oplevering van balansventilatiesystemen.
-  Geluidsklachten door verschillende oorzaken.
-  Aan- en afzuiging verwisseld met daardoor etensluchtjes en toiletgeuren in de woning.
-  Lucht dat wordt aangezogen vlak naast de uitblaasopening van de buren. Dit kan ook zorgen voor
   klachten over etensluchtjes in de woning.
-  De ventilatieventielen niet goed ingeregeld. Dit kan leiden tot een hoger vermogen dan nodig met als
    gevolg veel ventilatiegeluid, snelle slijtage en te veel energieverbruik.
    De toevoerlucht moet niet naar beneden vallen maar zich horizontaal verspreiden.
-  Te laag ingestelde ondergrens van CO2-sensoren die moeten zorgen voor een zuinige en adequate
    regeling per zone.
-  De vochtsensoren die de ventilatie-unit voortdurend aan en uit schakelden, soms op maximaal
   vermogen met enorm geluidsoverlast als gevolg.
-  Het verwisselen van slaap- en woonzones. Hierdoor wordt bijvoorbeeld verse lucht naar de
   slaapkamer gestuurd als er in de woonzone veel mensen zijn en omgekeerd, met als resultaat hoge
   CO concentraties (> 2500ppm) en benauwde omstandigheden.
-  Een te kleine capaciteit waardoor de unit op maximaal debiet moet draaien. Dit kan leiden tot
   geluidsoverlast.

Dauwpunt
Het dauwpunt is die temperatuur waartoe de lucht moet worden afgekoeld om neer te slaan in de vorm van dauw, of als het dauwpunt onder het vriespunt ligt in de vorm van rijp. Wanneer deze neerslag plaatsvindt is de lucht bij die temperatuur verzadigd met vocht.
Een voorbeeld: Bij een luchttemperatuur van 20°C en een relatieve luchtvochtigheid van 50% dan een dauwpunt van 9,3°C (nauwkeurig volgens een tabel).
Klik op deze link voor een grafiek dauwpuntsbepaling
- 0 – 0 -